Voorgenomen wijzigingen concurrentiebeding

Steeds vaker worden werknemers gehouden aan een in de arbeidsovereenkomst opgenomen concurrentiebeding. Dit betekent dat werknemers, na het einde van de arbeidsovereenkomst, niet hetzelfde soort werk mogen doen bij een bedrijf dat concurreert met het bedrijf van hun voormalig werkgever. Uit een rapport van onderzoeksbureau Panteia bleek dat inmiddels in 37 procent van de arbeidscontracten een concurrentiebeding is opgenomen. In 2015 was dit nog maar 19 procent.

Het concurrentiebeding dient ter bescherming van de bedrijfsbelangen van werkgevers.  Echter, wordt het concurrentiebeding nu veelal gebruikt om werknemers aan zich te binden. Door het opnemen van een concurrentiebeding kan een werknemer immers niet bij de concurrent in dienst treden. Het gevolg is dat werknemers minder makkelijk van baan kunnen wisselen en werkgevers op hun beurt minder makkelijk geschikte mensen vinden.

Daarnaast blijken concurrentiebedingen in de praktijk lang niet altijd houdbaar. In veel gevallen is er geen sprake van een reëel gevaar voor aantasting van het bedrijfsbelang van werkgever bij een vertrek van een werknemer naar de concurrent. Het enkele feit dat een werknemer in de uitoefening van zijn functie kennis en ervaring heeft opgedaan, betekent namelijk nog niet dat de werkgever bij het vertrek van die werknemer (naar een concurrent) in zijn bedrijfsbelang wordt aangetast.

Het kabinet heeft daarom besloten het concurrentiebeding te moderniseren. Waar het om moet gaan, is dat een concurrentiebeding alleen ter werkelijke bescherming van een noodzakelijk bedrijfsbelang, zoals bijvoorbeeld bedrijfsgeheimen, wordt ingezet en niet als een standaardclausule wordt opgenomen in arbeidsovereenkomsten. De minister is daarom voornemens de volgende wijzigingen uit te werken in een wetsvoorstel:

  • het concurrentiebeding wettelijk begrenzen in duur;
  • bij het opnemen van het concurrentiebeding moet het geografisch bereik worden opgenomen, gespecificeerd en gemotiveerd;
  • bij het opnemen van het concurrentiebeding zullen werkgevers ook bij arbeidsovereenkomsten van onbepaalde tijd ‘het zwaarwichtig bedrijfsbelang’ van het opnemen van een concurrentiebeding moeten motiveren. Dit is nu al het geval voor arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd;
  • bij het inroepen van het beding zal een werkgever in beginsel een vergoeding moeten betalen, vastgesteld op een bij wettelijk voorschrift bepaald percentage van het laatste verdiende salaris van de werknemer.
     

De bedoeling is dat voornoemd wetsvoorstel eind dit jaar ter internconsultatie wordt aangeboden.

Mocht je vragen hebben over het al dan niet opnemen van een concurrentiebeding in een arbeidsovereenkomst, neem dan contact op met een van onze juristen. Uiteraard houden wij jullie op de hoogte van de ontwikkelingen.