Benutten we als werkgevers wel alle loonkostenvoordelen?

In 2018 is minder aanspraak gemaakt op loonkostenvoordelen dan door de overheid vooraf was ingeschat. Gewijzigde wet- en regelgeving als ook de (nieuwe) voorwaarden waaraan moet worden voldaan leiden er toe dat werkgevers (en werknemers) en hun adviseurs nog beter bekend moeten raken met nieuwe systematiek van de loonkostenvoordelen. Ook “automatische” signalen in applicatiesoftware waarin loonadministraties worden verwerkt kunnen nog verder geoptimaliseerd worden.

De nieuwe regelgeving is ingegaan per 1 januari 2018, de zogenaamde “premiekortingen” zijn vervangen door “loonkostenvoordelen”.

Tot 2018, wat waren premiekortingen?

Premiekorting was een korting op de loonbelasting die je periodiek afdraagt aan de Belastingdienst. De korting was van toepassing op ouderen (vanaf 56 jaar) en arbeidsgehandicapten, met name gericht op werknemers die men wenste te laten terugkeren in het arbeidsproces.

Vanaf 2018, wat zijn loonkostenvoordelen?

Evenals de premiekortingen zijn loonkostenvoordelen erop gericht het voor werkgevers financieel aantrekkelijker te maken om mensen in dienst te nemen die een kwetsbare positie hebben op de arbeidsmarkt, dus ook LKV is van toepassing op:

  • oudere werknemers vanaf 56 jaar die uit een uitkeringssituatie komen;
  • arbeidsgehandicapte werknemers, werknemers die uit een WIA-uitkering komen of een WIA-uitkering hebben maar deel of volledig hun werk hervatten en werknemers die minder dan 35% arbeidsongeschikt zijn;

In beide gevallen bedraagt de maximale tegemoetkoming € 6.000 per jaar.

Om in aanmerking te komen voor LKV dient de werkgever zelf (eventueel in samenwerking met diens adviseur) actie te ondernemen. De termijn voor het aanvragen van loonkostenvoordelen bedraagt 3 maanden (en kan met beantwoording vanuit werknemers al snel beperkt zijn/worden tot 1 maand). In de waan van alle dag is 3 maanden al vrij kort, laat staan 1 maand! Het uitvragen van informatie bij werknemers vindt bij voorkeur plaats bij/voor indiensttreding. Als de werkgever zich al mogelijk niet bewust is van de impact (voordelen), hoe zal dat dan zijn voor de werknemer. Derhalve van groot belang om enig bewustzijn bij de werknemer te creëren om tijdig de informatie te verstrekken maar bovenal van belang om gericht vragen te stellen, de juiste vragen maar vooral ook niet teveel vragen. Voor buitenlandse werknemers waar mogelijk te opteren voor het stellen van de vragen in hun eigen taal, software biedt hiertoe al mogelijkheden.

Naast bovengenoemde regelingen kennen we ook nog een zogenaamde “Lage inkomensvoordeel”-regeling (LIV) waarbij de maximale tegemoetkoming € 2.000 per werknemer per jaar bedraagt. In tegenstelling tot LKV baseert het UWV zich bij uitbetaling van LIV wel op “automatische” vastleggingen aan de hand van ingediende loonaangiften. Ongeveer 3 maanden na afloop van het boekjaar ontvangt de werkgever een voorlopige berekening waarna uitbetaling volgt in juli. Aangezien de regeling zich pas in zijn 3e jaar bevindt en de geautomatiseerde systemen mogelijk nog geoptimaliseerd (moeten) worden is het controleren van de berekening aan te bevelen. Je zou het moeten kunnen aansluiten op het bedrag dat blijkt uit de eigen (loon)administratie om vervolgens als sprake is van een verschil dit nader te analyseren.

Tenslotte, als werkgever ben je premies verschuldigd welke (deels) afhankelijk zijn van het (arbeids)verleden van je (oud-)werknemers. Denk hierbij aan (oud-)werknemers welke ziek en/of arbeidsongeschikt zijn geworden tijdens hun dienstverband binnen jouw onderneming. Deze zijn van invloed op vastgestelde premiepercentages gebaseerd op geautomatiseerde systemen van het UWV. In sommige gevallen wordt een (oud-)werknemer ten onrechte aan jou toegerekend of in de berekening van het percentage opgenomen. Derhalve, zeker als premiepercentage stijgt, aan te bevelen te controleren wat daaraan ten grondslag ligt.

Samenvattend, ben waakzaam bij het aannemen van ouderen, (gedeeltelijk) arbeidsongeschikten en ook mensen met een scholingsbelemmering op het kunnen benutten van loonkostenvoordelen (kortingen). Maak die werknemers ervan bewust dat zij (en jij) juist gebaat zijn/is bij juiste en volledige informatie om loonkostenvoordelen te kunnen benutten. Maak gebruik van beschikbare hulpmiddelen en luister naar en/of bevraag je adviseur/loonadministrateur over de mogelijkheden (voordelen). Aan adviseurs ook de taak om mogelijkheden tijdig aan te zwengelen.