Box 3 heffing, wat zijn de plannen?

Door de vele procedures als gevolg van de box 3 heffing heeft onze staatssecretaris toegezegd onderzoek te doen naar een stelsel van vermogensrendementsheffing die beter aansluit bij het werkelijk behaalde rendement.

 

Dit onderzoek heeft geleid tot een onlangs gepubliceerd voorstel met een mogelijke wetswijziging per 1 januari 2022. Wat zal er op grond van deze voorstellen gaan wijzigen?

  1. Eerst dient men te bepalen of je vermogen boven de vrijstelling (volgens voorstel € 30.846 per persoon) uit komt;
  2. Is het vermogen lager dan de vrijstelling per persoon dan volgt geen box 3 heffing;
  3. Is het vermogen hoger dan wordt het vermogen in drie categorieën gedeeld, namelijk spaargeld, overige bezittingen en schulden,
  4. Voor het spaargeld zal het hierover te behalen rendement zoveel mogelijk aangesloten worden bij het werkelijk rendement op spaargeld (in het voorstel wordt uitgegaan van 0,09%);
  5. Voor de categorie overige bezittingen wordt een ander forfaitair rendement vastgesteld, een rendement wat meer aansluit bij behaalde beleggingsresultaten (in het voorstel wordt uitgegaan van 5,33%);
  6. Voor de categorie schulden wordt uitgegaan van een forfaitaire debetrente (in het voorstel wordt uitgegaan van 3,03%, zijnde de gemiddelde hypotheekrente);
  7. Als alle forfaitaire inkomsten/ uitgaven bij elkaar opgeteld zijn, mag men het heffingsvrij inkomen (in het voorstel wordt € 400 genoemd) hiervan af trekken alvorens het box 3 tarief wordt toegepast;
  8. Tarief zal volgens het voorstel ligt verhoogt worden van 30% naar 33%.

Bovenstaande betekent dat bij een vermogen van € 440.000 op je bankrekening, je te maken krijgt met een rendement van € 396. Door het heffingsvrije inkomen van € 400 ben je dus in de toekomst geen box 3 belasting meer verschuldigd.

Bezit je echter overig vermogen (zoals onroerend goed, beleggingen of overige vorderingen) dan loop je als je totale vermogen (inclusief de spaargelden) meer bedraagt dan € 30.846 per persoon al snel tegen box 3 heffing aan.

Heb je echter overig bezit met daartegen over een financiering of bijvoorbeeld een papieren schenking aan je kinderen gedaan, dan ga je er volgens de nieuwe regels erg op achteruit. Je krijgt dan namelijk te maken met een belastingdruk van 33% over 5,33%- 3,03%. Dat is een heffing van 0,76% over dat gedeelte van je vermogen.

Maar zoals gezegd het is slechts een voorstel wat waarschijnlijk nog aan veel kanten zal worden bijgeschaafd voordat het 1 januari 2022 is.