Verduurzaming financiële sector moet sneller

De financiële sector moet meer haast maken met verduurzaming, omdat anders in de toekomst radicale maatregelen nodig zullen zijn. Nederlandse financiële instellingen moeten daarbij verplicht worden over duurzaamheidsrisico's te rapporteren volgens het TCFD-raamwerk.

Daarvoor pleiten Kamerleden Snels (GL), Sneller (D66), Bruins (CU) en Slootweg (CDA), in de Initiatiefnota 'Van oliedom naar gezond verstand: verduurzaming van de financiële sector'. "Duurzaamheidsrisico's werken in feite als een hefboom; met beleid dat nu verstandig lijkt en transitierisico's verlaagt maar te voorzichtig is, dwingen we onszelf om in de toekomst radicaler te zijn. De uiteindelijke kosten van fysieke risico's bij niet-ingrijpen zijn namelijk vele malen hoger dan de kosten van transitierisico's nu. […] Een snelle maar ordentelijke verduurzaming is daarom niet alleen wenselijk voor de toekomstige leefomgeving, maar juist ook maatschappelijk veruit het goedkoopste. Gezond verstand noopt tot ambitie", aldus de Kamerleden.

Een van de voorstellen van de Kamerleden is het verplicht stellen van TCFD-stijl rapportages voor Nederlandse financiële instellingen. "Het TCFD-raamwerk kan en moet zo snel als mogelijk geïmplementeerd worden omdat het raamwerk een veelomvattend en precies karakter heeft, en daarom de huidige tekortkomingen in het rapportagebeleid adequaat adresseert,  het instellingen verder helpt in het nadenken over en anticiperen op duurzaamheidsrisico's, zodat ze hier weerbaarder tegen worden en het beleggers en klanten een handvat biedt om instellingen aan te sporen om te verduurzamen, en het in eerste instantie accountants in staat stelt om te controleren op de beheersing van duurzaamheidsrisico's, en vervolgens DNB en AFM een haak biedt om van zowel banken, verzekeraars als pensioenfondsen te verwachten dat zij verdere stappen nemen om klimaatverandering expliciet mee te nemen in hun risicomodellering."

Drie doelen

De Kamerleden willen dat de financiële sector drie doelen nastreeft: duurzaamheidsrisico’s beleidsmatig adequaat beheersen, het reduceren van vervuilende activa en een eerlijke verliesdeling tussen belanghebbende partijen, op het moment dat verlies gemaakt wordt op activa als gevolg van materialiserende duurzaamheidsrisico's. In het licht van deze drie doelstellingen verduurzaamt de financiële sector volgens de Kamerleden nu veel te langzaam. "De Nederlandse financiële sector zelf (inclusief toezichthouders) heeft een aantal goede duurzaamheidsinitiatieven ondernomen, met name op het gebied van inzicht in risico’s en impact. Tot nu toe zetten deze stappen echter te weinig zoden aan de dijk. Zo ging in 2018 nog steeds 80-95 procent van de energie-investeringen van banken en verzekeraars naar fossiele energiebedrijven."

Sturend beleid

Volgens de Kamerleden zouden beleidsinitiatieven minder ruimte moeten laten voor eigen invulling, is er te veel focus op 'meer groen' ten kosten van echte impact richting verduurzaming en is er op een aantal belangrijke onderdelen geen sturend beleid. "Zo wordt ten eerste nog niet van financiële instellingen verwacht dat zij extra buffers aanhouden om zich te weren tegen mogelijk materialiserende duurzaamheidsrisico's. Ten tweede is er geen politieke afspraak gemaakt met de financiële sector om beleids- en reductiedoelstellingen, -indicatoren en -strategieën die betrekking hebben op de totale investeringsportefeuilles te baseren op wat het Parijsakkoord vraagt. Het Klimaatakkoord is in deze een stap vooruit, maar onvoldoende. Ten derde is nog niet fundamenteel nagedacht over hoe de verliezen te verdelen van duurzaamheidsrisico's die zich in de toekomst zullen materialiseren."