Nieuwe versie rekenmodel verlening Nb-vergunningen

Op 29 mei oordeelde de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State dat het Programma Aanpak Stikstof (PAS) niet gebruikt mocht worden om toestemmingen te verlenen op basis van de Wet natuurbescherming. Daardoor zijn veel projecten stil komen te liggen. Een adviescollege moet voor eind september met een advies komen hoe op korte termijn toestemming kan worden verleend voor activiteiten die stikstofdepositie veroorzaken. Voor de langere termijn werkt het college aan een advies omtrent het ontwikkelen van een nieuwe aanpak voor stikstof. Nieuwe versie rekenmodel De stikstofemissie en -depositie werd altijd berekend met het rekenmodel AERIUS Calculator. Als eerste stap om de toestemmingverlening te kunnen hervatten is op 16 september een nieuwe versie van dit rekenmodel beschikbaar gekomen. Hierdoor kunnen projecten doorgang vinden waar met een berekening wordt aangetoond dat een activiteit niet tot een toename van depositie leidt. Er is dan namelijk geen toestemming vereist voor het aspect stikstofdepositie. Daarnaast is het met de nieuwe versie in principe weer mogelijk om vergunningen aan te vragen op grond van intern salderen. Voor intern salderen moeten echter eerst nog wel beleidsregels worden vastgesteld. In veel gevallen niet geschikt voor stallen Uit de toelichting bij de nieuwe versie blijkt echter dat het rekenmodel in veel gevallen niet bruikbaar is voor stallen. Het is namelijk niet geschikt voor emissiebronnen waarbij sprake is van mechanische ventilatie en een verticale uitstroom van emissie en evenmin voor emissiebronnen op of nabij vrijstaande gebouwen waarvan de schoorsteenhoogte minder is dan 2,3 maal de maximale hoogte van het relevante gebouw en waarvoor de depositiebijdrage wordt berekend op een rekenpunt binnen drie kilometer afstand van de emissiebron. Bronmaatregelen Het kabinet is zich ervan bewust dat bronmaatregelen integraal onderdeel zijn van de oplossingen om stikstofemissies terug te dringen. Daarbij gaat zij geen taboes uit de weg. Met alle bestuurlijke partners voelt de Minister van LNV de verantwoordelijkheid om daadkrachtig en zorgvuldig de noodzakelijke keuzes te maken. Zij laat zich ook over dit onderwerp adviseren door het Adviescollege.