Rekenkamer geeft heel duidelijk advies: afschaffing landbouwrijstelling grond levert de schatkist € 682 miljoen euro op

In een tijd dat de overheid tientallen miljarden uitgeeft aan medische gevolgen van corona maar ook financiële steun voor bedrijven, komt er vanaf de Rekenkamer in de jaarverantwoording over 2020 een heel duidelijk advies om de landbouwvrijstelling van grond in de inkomstenbelasting en vennootschapsbelasting af te schaffen.

Volgens berekening van de Rekenkamer zou het belang gaan op € 682 miljoen euro derving!

De conclusies en advies van de Rekenkamer:

  • Het fiscale doel van de landbouwvrijstelling is achterhaald sinds de invoering van de Wet inkomstenbelasting 2001. In de Miljoenennota 2020 is de doelstelling van de  landbouwvrijstelling bovendien dusdanig omschreven dat voortzetting van de fiscale regeling een doel op zich is geworden. De vrijstelling heeft daarom geen specifiek beleidsdoel en draagt dus ook niet bij aan het bereiken daarvan.
  • Het gevolg van de voortzetting van de landbouwvrijstelling onder het systeem van de Wet inkomstenbelasting 2001, is een fiscaal ongelijke behandeling van grondeigenaren-verpachters en grondeigenaren-landbouwers voor wat betreft de waardeverandering van hun (landbouw)gronden.

 

  • De minister van LNV heeft de wenselijkheid van de landbouwvrijstelling onvoldoende onderbouwd. De Rijksbegrotingsvoorschriften  stellen dat de regeling als gevolg hiervan kan worden aangepast of afgeschaft. Ook enkele evaluaties wijzen erop dat het Ministerie van LNV doelmatigheidswinst kan behalen door de middelen te herprioriteren.
  • Als het kabinet besluit de landbouwvrijstelling af te schaffen, leidt dit waarschijnlijk tot een grotere budgettaire vrijval dan werd geraamd in onder andere het rapport Beleidsdoorlichting agrobeleid (SEO, 2019). Ook wordt de geraamde belastingopbrengst bij afschaffing van de landbouwvrijstelling eerder bereikt dan vermeld in dit rapport.