Tijdens de afgelopen verkiezingscampagne is er weinig aandacht geweest voor het klimaat. Toch is er op Prinsjesdag een maatregel aangekondigd die de klimaatdoelen van de overheid moet ondersteunen. Mijn collega schreef hier al over in zijn blog van 16 mei 2025: Extra belastingheffing bij benzineauto van de zaak?. In het Belastingplan 2026 is inmiddels meer duidelijk geworden over deze voorgenomen maatregel.
Een beter milieu begint niet bij jezelf, maar bij je werkgever
Het kabinet wil dat werkgevers vanaf 2027 alleen nog elektrische personenauto’s voor privédoeleinden ter beschikking stellen aan hun werknemers.
Indien een werkgever toch een fossiele personenauto voor privégebruik ter beschikking stelt, is hij een pseudo-eindheffing verschuldigd. Deze heffing ziet er in het kort als volgt uit:
- De heffing is verschuldigd door de werkgever indien de werknemer de auto ook voor privédoeleinden gebruikt.
- Woon-werkverkeer van de werknemer wordt aangemerkt als privégebruik, waardoor de heffing voor veel auto’s van de zaak zal gelden. Wat mij betreft een bijzondere regel: hierdoor kan het voorkomen dat er voor de werknemer geen bijtelling geldt (woon-werkverkeer is voor die regeling zakelijk), terwijl er voor de werkgever wél een pseudo-eindheffing geldt (woon-werkverkeer is voor deze nieuwe regeling privé).
- De heffing bedraagt 12% van de cataloguswaarde van de auto (op jaarbasis). Een eventuele eigen bijdrage van de werknemer is hierbij niet relevant.
- Voor auto’s ouder dan 25 jaar geldt de heffing 12% over de waarde in het economisch verkeer.
- Werkgevers betalen de heffing via de aangifte loonheffingen. Dit kan per loontijdvak of ineens na afloop van het jaar.
Een directeur-grootaandeelhouder (dga) is ook een werknemer. Ook voor een B.V. met een dga die een niet-elektrische auto van de zaak voor privédoeleinden ter beschikking heeft, zal de pseudo-eindheffing dus gelden. Dit in tegenstelling tot een ZZP’er met een eenmanszaak die gebruik maakt van een niet-elektrische auto van de zaak.
Overgangsregeling
- Per 1 januari 2027 geldt de pseudo-eindheffing alleen voor fossiele personenauto’s die vanaf dat moment voor het eerst voor privédoeleinden ter beschikking worden gesteld aan een werknemer.
- Voor bestaande gevallen (auto’s die vóór 1 januari 2027 al ter beschikking zijn gesteld) geldt een overgangstermijn tot 17 september 2030. Gedurende deze periode is de pseudo-eindheffing niet van toepassing op deze auto’s.
- Na 17 september 2030 geldt de pseudo-eindheffing voor alle fossiele personenauto’s die voor privédoeleinden ter beschikking worden gesteld, ongeacht wanneer het contract is aangegaan.
Actie
Het wetsvoorstel moet nog worden goedgekeurd door de Eerste en Tweede Kamer, maar het is een voorstel waar je als werkgever nu al rekening mee kunt houden. Leasecontracten lopen vaak meerdere jaren. Bied je je werknemer nu een niet-elektrische auto van de zaak aan met een leasecontract van vijf jaar, dan valt de laatste periode van het contract buiten de overgangsregeling.
Kijk dus goed naar je wagenpark, de duur van leasecontracten en ga in gesprek met je werknemers. Een auto van de zaak is immers onderdeel van de arbeidsvoorwaarden. Wil je werknemer wel een elektrische auto van de zaak? Een elektrische auto heeft vaak een beperkte actieradius en minder mogelijkheden tot opladen. Dat kan vervelend zijn als de werknemer de auto ook voor privédoeleinden, zoals een vakantie, wil gebruiken. Zo begint een beter milieu dus toch niet alleen bij de werkgever, maar ook bij de werknemer zelf.
Heb je vragen over dit onderwerp en wil je hierover sparren met je adviseur, neem dan contact met ons op.